31 mei 2010

Abrivado

Het begint weer te zomeren en dus tijd voor de stier. In het zuiden van de Gard een bijna heilig dier. In grote getale gefokt op de manades en tijdens dorpsfeesten losgelaten op niets vermoedende toeristen. In de grotere plaatsen wordt wel gewaarschuwd voor gevaar, hier en daar hangen wat bordjes met Stier auf der Strasse. Maar dan weten Heini und Heidi nog niet wat ze te wachten staat. In de reisgidsen wordt dit tijdverdrijf niet behandeld en het woordenboek kent de uitdrukking niet eens.

De ingrediënten voor een abrivado: een honderdtal feestende dorpsbewoners in lichte staat van dronkenschap, een slecht afgezette straat met hier en daar een hek om kinderen te sparen, ruiters op schimmels die een centje bijverdienen, jongens om de stier bij de staart te vatten, een vrachtauto met vier forse 400-ponders en een kanonschot.
Met dat laatste begint alles. Het is het signaal dat niemand meer veilig over straat kan en dat de organisatie geen enkele verantwoordelijkheid meer draagt. Het spel is verder simpel. De stieren komen uit de vrachtwagen, de gardians begeleiden ze door de straat en aan het eind staat een andere vrachtauto waarin de stieren weer verdwijnen. Daartussen probeeert de jeugd een stier tussen de paarden uit te halen. Met een man of wat aan de staart, dan wil het wel eens lukken. Veel jolijt bij toeschouwers en de knullen de held van de dag. Herhaal het recept nog een paar keer, maar dan de andere kant op. Kanonschot twee is het sein om naar de toonbank te geraken en het drinken te hervatten.

In het Frans heet deze folklore nu tradition taurine. Klinkt veel mooier dan stiertje pesten. Abriva staat aan de oorsprong van het spel en betekent iets als accelereren of lanceren. Vroeger werden stieren door de dorpen geleid op weg naar een andere weideplaats of de arena. Dan probeerden boerenjongens de gardians te pesten door een beest te laten ontsnappen. Om dat te voorkomen gaven de ruiters gas en joegen de stieren in galop door het dorp. Nu is het streekcultuur en dus aanleiding voor feest.


Wordt elk weekend tot zeker eind september ergens herhaald.

Labels: , , ,

30 mei 2010

Tuinzak


De mobiele tuin is de nieuwste attractie voor mensen die het zat zijn om jaar in, jaar uit tegen hetzelfde stukje groen aan te kijken. Natuur in een zak, heet de oplossing van ontwerper Godfrey Virieu en landschapsarchitecten Virgile Desurmont en Louis de Fleurieu. Zij wonnen er vorig jaar de Grand Prix d’Innovation mee op een grote Parijse tuinbeurs.
In hun bedrijfje BacSac maken ze lichte zakken van 10 tot 500 liter uit watervast materiaal en dan is het een kwestie van stapelen om je eigen tuin vorm te  geven. Ideaal voor klein behuisden met een balkon of dakterras. Maar ook om een groentetuintje aan te leggen zonder geweldig spit- en graafwerk. Een kind kan de was doen.

In Parijs zijn inmiddels al bijzondere voorbeelden waargenomen...

Labels: , ,

29 mei 2010

Kale berg

Nog steeds zijn de schriftgeleerden er niet uit. Heeft de Italiaanse dichter en schrijver Francesco Petrarca samen met zijn jongere broer Gerardo op 26 april 1336 nu wel of niet de Mont Ventoux beklommen? Wanneer we de schrijver zelf moeten geloven, heeft die tocht wel degelijk plaatsgevonden en wel vanuit Malaucene. Voor kenners, en dat zijn er heel wat getuige de eindeloze stoet dagelijkse wielertoeristen (boven) die de reus van de Provence bestijgen, is dat de route door het bos vanuit het westen.

Petrarca (of Pétrarque in het Frans) heeft het allemaal opgeschreven in een Latijnse brief aan een bevriende Augustijner monnik. Hij werd er wereldberoemd mee als eerste beschrijver van de natuur als beleving. Sinds jaar en dag maakt de Provence goede toeristische sier met het verhaal van de allereerste bergbeklimmer. Maar na een Franse vertaling in 1937 ontstond deining. Historici, alpinisten, schrijvers en zelfs boeren uit de omgeving begonnen te twijfelen over de route, de landschappelijke details, het jaar en het vroege seizoen. Tot vandaag duurt de discussie voort, er zijn zelfs geluiden die beweren dat de broertjes helemaal nooit op de kale berg zijn geweest.

Zoals bij veel schrijvers liggen feit en fictie dicht bijeen. Ook over de raadselachtige Laure, de grote liefde van Petrarca die hij bezong en beweende, zal de sluier van de geschiedenis blijven hangen.
Soms wil je liever geen waarheid, want wat is mooier dan geloven in dromen?

Labels: , ,

28 mei 2010

Meteo

Na een lange , koude winter en een kil, nat voorjaar lijkt ook het zuiden weer de normale zonnige kant te kiezen. Wanneer alle weersites gelijk krijgen, gaat de komende week er in ieder geval zomers uitzien. Op het wereldwijde web ritselt 't van de voorspellingen. Een jaar of wat geleden waren de meesten nog gratis, maar ook de Pelleboers van nu hebben eurotekens in de ogen. Een buitje regen kost dus duiten. Alternatief is aanschaf van een eigen weerstation. Van 7,50 bij Lidl tot een paar honderdjes op het web, inclusief een houten hutje om dure techniek vast te spijkeren. Natuurlijk heeft elk tv-journaal een mannetje/vrouwtje en ook de Midi Libre blijft niet achter. Uiteindelijk moet je uit al het gebodene met gezond verstand je eigen plan maar trekken.

Er was eens een Chinees, 3000 jaar vóór onze jaartelling en hij heette Nei Tsing Souwen. Het allereerste weermannetje en hij schreef voorspellingen in een bewaard boekje. De Griekse filosoof Aristoteles deed het weer af als goddelijk geknutsel, dus niets wetenschappelijks. Een opvolger riep dat het vuur overal de schuld van had en Karel de Grote liet het volk geloven dat het de vier windrichtingen waren die alles regelden.

Pas in de 17e eeuw werd de meteo prooi van geleerdheid. De eerste weermannetjes kwamen toevallig vaak uit de Lage Landen, kennelijk werd er toen al veel gezeurd. Isaac Beeckman uit Middelburg riep eindelijk dat alles draait om luchtdruk en bouwde zelf maar het eerste weerstation. Veel grote namen volgden, verbeterden de theorie en vonden allerlei hulpmiddelen uit om 't te meten. Vooral Italianen scoorden hierbij veel punten.
Eén van de weinige Fransen was Blaise Pascal. Hij merkte in 1648 op de Puy de Dome (rechts) dat luchtdruk verandert wanneer je omhoog klimt.

Nog steeds hardstikke gratis is de Franse site meteo60 en de gekoppelde meteociel met voorspellingen per plaats tot 9 dagen. Maar ook met onnoemelijk veel extra voor niente noppes. Om maar wat te noemen: zeewatertemperatuur, luchtkwaliteit, blikseminslagen, regenradar, satellietbeelden, hoeveelheid neerslag, windsnelheden, statistieken, waarschuwingen, actuele waarnemingen. Aan die laatste kun je zelf ook meedoen. Op een kaartje wordt getoond waar je zit en wat je te melden hebt. Absolute aanraders!


Labels: , , , , ,

27 mei 2010

Locronan


Het Office de Tourisme weet zeker dat er al 5 eeuwen voor onze jaartelling Keltische bedrijvigheid was. Het voorhistorische volkje had de eigenaardige gewoonte op zoek te gaan naar de plek waar de zon ondergaat en kwam dus logischerwijs ook uit in het uiterste westen van Bretagne.
Om een voetafdruk achter te laten bouwden ze er in het Bois du Nevet een nemeton, een groot terrein met een omtrek van zo’n 12 kilometer en 12 stenen die de maanden van het Keltische jaar voorstellen.
Het heidense heiligdom even zuid van Locronan heet uniek te zijn in Europa, omdat vergelijkbare plekken de tand des tijds niet hebben doorstaan. Waar of niet, de Locronanais hebben wel een mooi verhaal.

Het dorpje zelf is vooral heel erg middeleeuws èn buitengewoon fotogeniek. Met als gevolg dat het uren kan duren voordat je het pittoreske pleintje eindelijk zonder toeristen (boven) in je digitale geheugen opslaat. Zichtbaar is desondanks nog steeds de rijkdom van het plaatsje, in de late middeleeuwen op gang gekomen door het vervaardigen van zeildoek. In hun ‘gouden eeuw’ na 1500 produceerden de wevers van Locronan zeildoek dat breder en langer was dan dat van de concurrenten.

Op de klantenlijst uit die tijd stonden de Spaanse Armada, de Britse marine, de schepen van de Franse koning, natuurlijk de belangrijke Bretonse vissersvloot en ook in de registers van Arnemuiden en Middelburg komen aankopen voor.

Zelfs de ontdekking van Amerika mogen de Bretoenen op hun conto schrijven, want de karvelen van Columbus waren voorzien van zeilen uit Locronan.

Labels: , , , , ,

26 mei 2010

La Jeanne

Morgen gaat Jeanne d’Arc voor de zoveelste keer naar een dramatisch einde. Ditmaal treft dat lot de legendarische porte-hélicoptères van de Franse marine, waarop duizenden marine-officieren zijn opgeleid. Bij de tewaterlating heette het schip nog anders, maar in 1964 werd het bordje Jeanne d’Arc op de  bepantsering aangebracht. Geheel volgens de marinetraditie, die wil dat de naam van de heilige maagd gekoppeld wordt aan het trainen van het puikje aan nationale pikbroeken.

La Jeanne, zoals de kruiser met helicopterdek liefkozend wordt genoemd, heeft vele voorgangers gekend. Van het eerste fregat met 52 kanonnen uit 1820 van het Caraïbische eskader, tot de lichte kruiser die in 1930 voor het eerst uitvoer, in Wereldoorlog 2 meevocht in de Middellandse Zee en tot 1964 ook als opleidingsschip ronddobberde.

De Franse marine, opgericht in 1624 door Richelieu (eerste minister onder Louis XIII) om de opstandige Hugenoten aan de Atlantische kust eronder te krijgen, moet dus op zoek naar een nieuw schoolschip.
Want morgen meert La Jeanne voorgoed af in de oudste Atlantische marinehaven Brest in afwachting van de slopershamer.

Toevallig ook de plek waar in 1959 de kiel werd gelegd.

Labels: , , , , ,

24 mei 2010

Route Napoléon

Napoléon trekt weer door Frankrijk, al is het helaas niet de kleine korporaal die zichzelf ooit tot keizer uitriep. Het is ditmaal prince impérial Charles Napoléon, een rechtstreekse afstammeling van Jérome, het broertje van de keizer en de enige die de stamboom heeft voortgezet. Charles heeft een boek geschreven over zijn beroemde familie en reist door het land om het imago van de Corsicaanse clan weer eens op te poetsen. Maar vooral om Napoléon, Mon Aïeul, Cet Inconnu!  te promoten. Hij is ook nog president van de Fédération Européenne des Cités Napoléoniennes. Een club steden die ooit iets met de keizer te maken hadden, van Ajaccio op zijn geboortegrond tot Waterloo waar hij in het zand beet.

De tocht door Frankrijk van l’empéreur zelf begon op 1 maart 1815, nadat hij uit zijn verbanning op Elba met 1200 getrouwen was geland in de Golfe-Juan bij Cannes. Op weg naar naar het heroveren van zijn troon trok hij via de bergen in zeven dagen over ezelspaden naar het noorden om verzet in de Rhônevallei te ontlopen. De slingerweg die de Middellandse Zee via Grasse, Digne en Gap met Grenoble verbindt heet sindsdien de Route Napoléon. Tijdens zijn reis groeide de groep sympathisanten fors aan, zodat hij op 7 maart als volksheld in Grenoble aankwam. De rest van de reis naar Parijs was een fluitje van een centime.

Tegenwoordig is de Route Napoléon een redelijk snelle verbinding, gemarkeerd met het keizerlijke adelaarsteken. Desondanks kost het veel tijd wanneer je alle pleisterplaatsen zou aandoen die claimen dat de langstrekkende keizer daar geslapen, gegeten of zelfs maar een glas water heeft gedronken.

Morgen 25 mei trekt achter-achter-achterneef Charles naar La Roche-sur-Yon voor de aftrap van zijn promotour. Het stadje dat zijn bestaan te danken heeft aan zijn beroemde voorzaat. Want het was Napoléon Bonaparte die in 1804 het onbeduidende gehucht een facelift gaf met 15.000 nieuwe woningen, het tot hoofdstad van het departement Vendée maakte en het bovendien liet omdopen tot Napoléon.
Pas in 1870 kreeg het zijn eigenlijke naam weer terug.

Labels: , , ,

23 mei 2010

Champs verts

Geen verkeersdrukte in het hart van Parijs, ook geen apéro géant. De Champs Elysées doet haar naam eer deze pinksteren en heeft alle rijbanen veranderd in een immense tuin van 3 hectares. Nooit waren de Elyseese  velden zo groen.
Alles in het kader van de operatie Nature Capitaleeen vreedzame manifestatie om de 'gewone burger' dichter bij de natuur, de boer en het platteland te brengen. De avenue is bedekt met 150 soorten planten, van kleine bloempjes tot imposante bomen. Het werk van kwekers uit heel Frankrijk.  

De tuin is ontworpen door Gad Weil, een fenomeen in straatkunst, en landschapskunstenaar Laurence Medioni. Twintig jaar geleden toverde Weil de Champs Elysées al eens om tot een groot korenveld. 

De Parijse Pentecôte 2010 betekent dus kennismaken met het werk in de campagne, maar ook producten van de agrariërs mee naar huis nemen. Twee miljoen bezoekers worden dit lange weekend verwacht, dus de kassa kan rinkelen. 

Ook het boerenhemd is nader dan de rok... 

Labels: , , , , , , ,

22 mei 2010

Rondje fiets

Ook het Franse voetbalteam heeft de Alpen opgezocht als voorbereiding op het wereldkampioenschap straks in Zuid-Afrika. De selectie van trainer Raymond Domenech, nu nog 24 spelers, is neergestreken voor een hoogtestage in Tignes in de Savoie. Net als in 1998, toen Les Bleus de Coupe du Monde wonnen. Op het programma staan onderdelen van de biathlon, dus deden de voetballers tijdens een fotosessie een rondje mountainbike.

De eerste officiële interland van het Franse elftal was op 1 mei 1904 tegen België in Brussel (3-3). Een jaar later werd de tweede pot tegen Zwitserland ook de eerste overwinning. Van dat treffen is onderstaand plaatje bewaard gebleven. De fotograaf heeft er bijna alle toeschouwers ook nog opgekregen...

Frankrijk speelt op 11 juni in Kaapstad zijn eerste wedstrijd tegen Uruguay en ontmoet verder in de poule Mexico en thuisland Zuid-Afrika.

Labels: , , , ,

21 mei 2010

Le Bourget

Het was druk op de 21e mei 1927. De schattingen liepen weliswaar uiteen, maar minstens 200.000 toeschouwers waren naar het toen nog kleine vliegveld van Le Bourget bij Parijs getrokken. 33 uur en 30 minuten eerder was een koene 25-jarige Amerikaanse piloot éénmotorig vertrokken vanaf  Roosevelt Field vlakbij New York. Daar slechts 500 getuigen van een historisch moment. 5800 kilometer later, even na 10 uur ’s avonds, zette Charles Lindbergh de Spirit of Saint Louis op Franse bodem na de alleerste transatlantische vlucht. Direct na de landing werd hij op de schouders van politiemannen door de uitzinnige menigte gedragen.

De volgende dag sprak Lindbergh voor vele tienduizenden enkele woorden vanaf het balkon van de Amerikaanse ambassade in Parijs en kreeg door de Franse president Gaston Doumergue ook nog even het speldje van het Légion d’Honneur opgespeld. Het tekende de start van een zegetocht door Europa en, na een thuisreis met zijn vliegtuig op de kruiser USS Memphis, een nog grotere ontvangst in de VS. Met de Spirit of Saint Louis haalde hij applaus op in 49 staten, bezocht 92 steden en hield 147 toespraken.

In 1938 was een heel andere Charles Lindbergh terug in Frankrijk. Zes jaar na de dramatische ontvoering en dood van zijn 12 maanden oude zoontje Charles Junior, kocht de familie het eilandje Ille Illiec voor de Bretonse kust.

Een jaar later, na het uitbreken van Wereldoorlog 2, keerde hij terug naar de VS.

Labels: , , ,

20 mei 2010

Verboden

Geen Burqa Babes meer voor de Eifeltoren. De Franse regering is de burqa en de extremere niqaab, die alleen de ogen vrijlaat, goed zat. Gisteren keurde de ploeg van premier Fillon een wetsvoorstel goed, waarmee de gezichtsbedekkende uitrusting van moslima dreigt te verdwijnen uit het straatbeeld. Gendarmes mogen een boete uitschrijven van 150 euro en de vrouw zit vast aan een verplichte cursus over hoe ’t allemaal moet in Frankrijk. Een moslim die zijn ega toch dwingt onherkenbaar de deur uit te gaan, kan rekenen op een prent  tot 15.000 euro of een jaar zitten.

De wet moet nog door het parlement worden goedgekeurd en het hoogste Franse rechtscollege, het Conseil d’Etat, heeft al gewaarschuwd dat het voorstel in strijd is met de grondwet. Bovendien zou Brussel ook nog een Europees addertje onder het gras kunnen hebben.

Duurt dus nog even voordat dit nieuwe verkeersbord aan de Franse grens verschijnt.

Dank aan de Nederlandse cartoonist Peter de Wit (Volkskrant)  

Labels: , , ,

19 mei 2010

Flaubert

De droevige lotgevallen van boerendochter Emma Rouault zijn in de loop der jaren meer dan tien keer verfimd. Misschien wel het meest bekeken lijkt de tv-versie met de Britse actrice Frances O'Connor (links). Het verhaal over een dweperig meiske, gevormd door een jeugd in het klooster en romannetjes van het type boeketreeks of hoe dat in die tijd heette. Ze valt in de armen van plattelandsdokter Charles Bovary. Niet bepaald de prins op het witte paard. De werkelijkheid lijkt niet op de illusies uit haar dromen. Na een verkwistend leven, twee minnaars en een vaasje arsenicum is het verhaal uit.
De schrijver van Madame Bovary heeft er nooit een cent voor gekregen. Hij verliet in 1880 dit ondermaanse, zich niet bewust dat de halve wereld 120 jaar later zijn geesteskind zo langzamerhand kan dromen.

Voor de Fransen is het eerste echte boek van artsenzoon Gustave Flaubert nog steeds wereldliteratuur. In 1821 in Rouen geboren, een luie scholier en een nog luiere student. Rechtenstudie naar de vaantjes, een mislukte vrijerij met een dichteres, wat niet uitgegeven verhalen en dan maar met een vriend op reis. Griekenland en Egypte leveren de inspiratie voor zijn grote realistische roman. Een scherp portret van de lege en middelmatige leefstijl van de Franse bourgeoisie midden 19e eeuw. Hij doet er zes jaar over en vanaf 1857 wordt 't in afleveringen geplaatst door het literaire magazine Revue de Paris.
Uitgever Du Camp schrapt wel een passage die een kijkje geeft in het 'immorele' buitenechtelijk gedoe van Madame B. tijdens een ritje in een huurrijtuig. Het levert hem een pissige protestbrief van Flaubert op.

Er volgen meer boeken waarvoor de inmiddels beroemde schrijver minutieus onderzoek verricht. Zo bezoekt hij uitgebreid Noord-Afrika voor Salammbô over de Punische oorlog en Carthago. Zijn reizen, zeker die in het Midden-Oosten, hebben zijn wereldbeeld sterk beïnvloed.

Opmerkelijk is zijn citaat over de islam: 'Ik eis in naam der mensheid dat de Zwarte steen verbrijzeld, het gruis ervan in de wind verstrooid, dat Mekka verwoest en het graf van Mohammed onteerd wordt. Dàt is de manier om het Fanatisme te ontmoedigen'.

Welke politicus zou zich hier in herkennen...?

Labels: , , , , , ,

18 mei 2010

Adelaarsnest


Ongeveer in het geografische midden van het Franse eiland Corsica ligt de oude hoofdstad Corte, met de goed bewaarde citadelle hoog bovenop een imposante rotspartij. In de volksmond heeft de 15e-eeuwse vesting de bijnaam Nid d’Aigle, ontstaan toen de Corsicaanse vrijheidsstrijder Pasquale Paoli in 1755 de citadel bestormde en de volgende 14 jaar het onafhankelijke eiland bestierde. Vanaf zijn versterking keek hij uit op de trapsgewijze daken van de oude stad en de wirwar van smalle straatjes.

Corte wordt omgeven door ruige, onherbergzame kloven, het hart van het voormalige bandietenland dat Corsica eeuwenlang is geweest. Ook nu nog is veiligheid op het eiland een betrekkelijk begrip. Het Île de Beauté is eigenlijk nooit het vredige paradijs geweest uit de vakantiefolders. Vanaf het begin van de jaartelling heeft het een twintigtal invasies beleefd en pas sinds 1769 (na het vertrek van Paoli; zie Corsica) is het eiland Frans. Definitief? Steeds meer Corsicanen, vooral jongeren, beschouwen Frankrijk als kolonisator en eisen autonomie of zelfs totale onafhankelijkheid.

Het Corsicaanse nationalisme gaat gepaard met aanslagen en jaarlijks wordt voor tientallen miljoenen schade aangericht. In het politiek verziekte klimaat gedijen bovendien diverse internationale bendes die elkaar onderling naar het leven staan. Het aantal gewelddadige acties per jaar ligt tussen 300 en 600, met 250 gewapende overvallen en 40 moorden. Mislukte pogingen niet meegeteld. De omvangrijke politiemacht (1 agent op 103 inwoners, rest van Frankrijk 1 op 290) staat desondanks vrijwel machteloos. Op Corsica heeft nooit iemand iets gezien of gehoord.


Zwijgen is goud op het eiland maar lijkt een twijfelachtige garantie op een lang leven.

Labels: , , , ,

17 mei 2010

Kostuumfilm

Regisseur, scenarist èn acteur Bertrand Tavernier won in 1974 met zijn film L'Horloger de Saint-Paul een zilveren Bär op het Berlijnse filmfestival. Deze eerste erkenning zou in een lange carrière gevolgd worden door vele nominaties en liefst vier keer een César, de hoogste onderscheiding van de Franse filmindustrie.  Twee keer mocht hij op het podium als regisseur voor Que la fête commence (1975) en Capitain Conan (1996) . Nog bekender zijn de films waarvoor hij een César kreeg voor het scenario: Le juge et l’assassin (1976) en Un dimanche à la campagne (1984).


Mélanie Thierry als prinses De Montpensier

Op 69-jarige leeftijd treedt Tavernier opnieuw in het strijdperk. Tijdens het filmfestival van Cannes staat zijn nieuwste rolprent
La princesse de Montpensier op het programma, waarvoor hij ook een deel van het scenario schreef.  Een klassieke kostuumfilm die speelt in 1562 en waarin de jonge dochter van de puisant rijke markies De Mézières uitgehuwelijkt wordt aan de prins van Montpensier, een vertrouweling van koning Charles IX. Terwijl ze hartstochtelijk verliefd is op de jonge hertog De Guise en rond het paar de godsdienstoorlog woedt.

Een film dus waarin passie, geweld en het Frankrijk van weleer de smakelijke ingrediënten zijn. Gebaseerd op een historische roman van de 17-eeuwse in Parijs geboren schrijfster Marie-Madeleine Pioche de La Vergne.

Zelf afkomstig uit adellijke kringen rond kardinaal De Richelieu, verwierf zij als Madame de la Fayette een hoge positie als dame d’honneur aan het Franse hof. Genoeg inside information dus voorhanden voor authentieke verhalen. Overigens staat de schrijfster bekend als één der eerste Franse auteurs van psychologische romans.

Sappig detail: sinds 2006 is zij het symbool van het culturele verzet tegen Sarkozy. De huidige president beweerde toen dat het lezen van haar historische romans volstrekt nutteloos was om in het leven succes te hebben.

Hier een scène uit de film

Labels: , , , , ,

16 mei 2010

Valançay

Een bijzonder aangename geitenkaas uit de Berry, ten zuiden van de Loire. Meer bekend onder de naam Pyramide de Valançay, sinds 1998 ook gesierd met het predikaat Appellation d'origine contrôlée (AOC).
Een echte pyramide is het niet, hoewel de legende wil dat het ooit wel degelijk een puntje heeft gehad. Napoleon Bonaparte zou dat tijdens een bezoek aan het gelijknamige dorp met zijn sabel hebben verwijderd, waarna het afgetopt en wel nog beroemder is geworden.
De waarheid is helaas minder prozaïsch. De kaas is gevormd naar de spitsloze kerk in buurgemeente Levroux, de plek waar het kaasje is ontstaan.




Napoleon was overigens in Valançay voor een bezoek aan zijn minister van buitenlandse zaken Charles-Maurice Talleyrand-Périgord op diens majestueuze renaissance kasteel, gebouwd op de plek waar al in het begin van de jaartelling een gallo-romeinse villa stond. In de 10e eeuw werd daar een donjon gebouwd als verdedigingswerk, vijf eeuwen later uitgebreid tot het huidige kasteel.
Napoleon had meebetaald aan de koop van het riante optrekje plus 12.000 hectare omringend park en andere gronden. Prijs 1,6 miljoen toenmalige francs. De zelfbenoemde keizer zette zijn minister (links) daarmee in een passende omgeving voor de ontvangst van buitenlandse vorsten en andere hoogmogenheden.

Het drukbezochte Château de Valançay, bijna een kopie van het voormalige koninklijke kasteel Chambord, is nu in bezit van het departement Indre en de commune Valençay . De nog geen 3000 inwoners van het dorp verdienen er een aardige duit aan, al was het maar door een baantje bij één van de 21 hotels. 

Labels: , , , , , ,

15 mei 2010

Stevenson

Eigenlijk was het een Schot die de Cévennes de bekendheid gaf die het verdiende. Een middelgebergte waar de bevolking eeuwenlang hard moest ploeteren om een mager bestaan overeind te houden. En uiteindelijk toch nog leeggelopen door de trek naar steden in de Languedoc. Maar reiziger-schrijver Robert Louis Stevenson leerde Europa dat Frankrijk behalve Alpen en Pyreneeën meer te bieden had voor avontuurlijke bergtochten. Zijn relaas als eerste campeur werd een bestseller en een opsteker voor de fierté cévenole.

Geboren in 1850 in Edinburgh en slechts 44 jaar geworden, een gevolg van ziektes in zijn jeugd en onbekwame geneesheren. Zijn innige relatie met Frankrijk begint op 13-jarige leeftijd, wanneer het minstens zo zwakke lijf van mama het nodig maakt een tijdje aan de Rivièra te verblijven. Hij leert er Frans, maakt een uitstapje naar Italië en reist via Oostenrijk en Duitsland terug naar huis. Voorgoed aangestoken door het reis-virus.
Maar reizen, laat staan daarover schrijven, past niet in zijn milieu. Ingenieur worden wel, net als pa, ooms en grootvader. Klikt 't niet, dan botst 't maar en dus vertrekt hij in 1876 solo naar Frankrijk. Een bootreis over de kanalen van Antwerpen naar Pontoise wordt zijn eerste reisboek.

Tamelijk uit zijn doen door een onmogelijke liefde voor een gehuwde Amerikaanse, besluit Robert Louis Stevenson in 1878 om door Frankrijk te trekken. Op 22 september vertrekt hij uit de Haut-Loire, zelf gemaakte slaapzak en wat spullen gepakt op ezelin Modestine.
Zuidwaarts, soms ver van de grands chemins, door de Velay, Lozère en het land van Gévaudan, de Mont Lozère en de Cévennes. Zijn weg voert door Langogne, Luc, Le Bleymard, Pont de Montvert, Florac en Saint-Germain de Calberte, het oude gebied van de camisards. Na twaalf dagen en 230 kilometer bereikt hij Saint-Jean-du Gard, samen met Modestine. Het verhaal over die ontdekkingsreis verschijnt in 1879.



Voyage avec un âne dans les Cévennes * is nog steeds een veel gevraagde reisgids voor randonneurs die de route zelf willen lopen. Tegenwoordig een beroemde grande randonnée, de GR70, die je zelfs met een lease-ezel te lijf kunt gaan.

Stevenson mag nog even hopen op een happy end, want een jaar later trouwt hij in San Francisco alsnog zijn inmiddels gescheiden Amerikaanse. Hij schrijft een aantal succesromans als Treasure Island en The strange case of Dr Jekill and Mr Hyde , maar moet voor zijn wrakke gezondheid naar het Zuidzee-eiland Samoa verkassen. Daar wordt hij in 1894 geveld door een beroerte.

De Languedoc is Robert Louis en zijn gezellin Modestine nog steeds dankbaar en heeft de GR70 omgedoopt tot Chemin Stevenson.

* Het originele Engelse manuscript kun je hier gratis ophalen

Labels: , , , , ,

14 mei 2010

Bedorven vlees

Wanneer je in vroeger eeuwen ergens voor een hofbal werd uitgenodigd, kwam je niet weg met zomaar wat bewegen op de maat van de muziek. Alle stappen en variaties waren strikt voorgeschreven en wie niet de kunst verstond kon een volgend bal wel op de buik schrijven. Tegelijk was dan je plekje in de koninklijke hiërarchie ernstig in gevaar. Het was dus een belangrijk deel van de adellijke opvoeding om de Duitse allemande, de Italiaanse volta, de Franse branle of gaillarde tot in de puntjes te beheersen. Bovendien kon je, op zoek naar een passende partner om de stamboom op te poetsen, maar beter goed getraind op de vloer verschijnen.

Dus was het beroep van dansleraar een lucratieve bezigheid. In Frankrijk kon je dan niet om Jehan Tabourot heen, een geestelijke die echter niet vies was van een dansje op z’n tijd. Hij schreef er onder het anagram Thoinot Arbeau zelfs een boek over, de Orchésographie. Met dat werkje onder de arm trokken de jonge prinsen en prinsessen door Europa, op zoek naar de hoofse liefde. Die, volgens Tabourot, “slechts gevonden kon worden wanneer je niet naar bedorven vlees rook èn goed kon dansen”.

Ook onze eigen eerste Prins van Oranje (links) moest er aan geloven. Maar hij was dol op chierlycke danseryen en kon het ook goed. Vooral de springerige gaillarde (filmpje) had hij in de benen. 18 jaar oud en nog maar net getrouwd met Anna van Egmont, moest hij met vader Willem de Rijke op een diplomatieke reis naar Frankrijk. Daar werden zij uitgenodigd op een bal van de Franse koning Henri II. Op zondag 20 oktober 1551 in Fontainebleau won hij die avond de gaillardeprijs.
Hoewel andere bronnen melden dat hij wel prachtig danste, maar helaas niet op de maat van de muziek...

Labels: , , , , ,

13 mei 2010

Apéro géant


De eerste keer was in november 2009, in Nantes. Snel gevolgd in andere steden als Rennes en Tours. Gisteren was het weer feest in Nantes. Door een razendsnel vermenigvuldigde uitnodiging op het sociale netwerk Facebook, waren naar schatting 9000 dorstlustigen naar de Place Royal gekomen. Om elkaar te ontmoeten en het glas te heffen. Want dat is de simpele bedoeling van de typisch Franse apéro, waarvoor altijd wel een aanleiding kan worden gevonden. Sinds kort dus ook via internet.

Autoriteiten zijn niet blij met het nieuwe fenomeen, dat moeilijk te controleren is. Niemand heeft de leiding, de organisatie vindt in alle anonimiteit plaats. In Nantes duurde het feestje tot half vijf vanochtend en bewoners en middenstand klaagden steen en been. Overlast, verkeerschaos, heel veel alcohol, vechtpartijen en 57 afgevoerde gewonden. Waarvan een 21-jarige man vandaag is overleden door een val van een brug. Dus landelijk nieuws.

Voor alle anderen was het gewoon leuk. Om toch te reageren op de onverwachte toeloop werden 370 politieagenten en gendarmes, 101 brandweerlieden en verplegers en 50 gemeentewerkers opgetrommeld. 41 mensen werden opgepakt voor drugshandel, vandalisme, diefstal, dronkenschap of openlijk geweld. Niet veel meer dan op een gemiddelde avond in een grote stad. Er was geen echte schade in Nantes.

Het wachten is op de volgende stad, op de avond voor een vrije dag. Kun je lekker uitslapen.

Labels: , , ,