Dassault
Eén van de invloedrijkste families van Frankrijk is het nageslacht van Marcel Dassault, de in 1986 overleden joodse vliegtuigbouwer. Geboren als Marcel Bloch leverde hij een bijdrage aan de Franse oorlogsinspanning in Wereldoorlog 1 door het ontwerp van een nieuw type propeller. In 1917 bouwde hij daarmee zijn eerste tweezitter, waarvan het ministerie van oorlog er direct 1000 bestelde. Maar toen de eerste exemplaren gereed waren, was de oorlog inmiddels voorbij en Parijs annuleerde de order. Bloch trok zich uit pure nijd terug uit de luchtvaart en ging in onroerend goed.
Tien jaar later keerde hij terug naar zijn oude liefde en maakte zijn Société des Avions Marcel Bloch in korte tijd tot toonaangevend luchtvaartbedrijf. Dat werd echter in 1936, onder de toenemende oorlogsdreiging vanuit Duitsland, genationaliseerd en Bloch legde zich toe op de ontwikkeling van nieuwe types, die dan gebouwd werden in het staatsbedrijf. Uiteraard waren dat vooral militaire jachtvliegtuigen, bommenwerpers en verkenningstoestellen.
Na het uitbreken van Wereldoorlog 2 werd hij gearresteerd door de pro-Duitse regering van Vichy. Hij weigerde te collaboreren met de bezetter en belandde uiteindelijk in 1944 tot aan de bevrijding in het concentratiekamp Buchenwald.
In 1949 veranderde Marchel Bloch zijn familienaam in Dassault, de codenaam die broer Paul in de oorlog als verzetsnaam gebruikte. In hetzelfde jaar vloog het eerste straalvliegtuig van Dassault, de Ouragan. Vanaf dat moment leverde Dassault vrijwel alle toestellen voor de Franse luchtmacht en types als Mystère, Etendard, Mirage (waaronder in 1959 de Mirage IV bommenwerper voor de nucleaire Franse Force de Frappe). De meest recente jager is de Rafale, die met zijn karakteristieke deltavleugel ook regelmatig de pannen van ons dak af probeert te blazen. Dat krijg je wanneer je in een laagvliegroute een optrekje bewoont, maar dat terzijde.
In de burgerluchtvaart had Dassault slechts bescheiden succes met de Falcon zakenjets. Het passagiersvliegtuig Mercure uit 1971 bleek een mislukking. De winkel van Dassault werd na de dood van Marcel overgenomen door zoon Serge, die in 1995 in nauwe schoentjes moest lopen toen bekend werd dat hij miljoenen aan smeergeld had betaald aan Belgische socialisten. Dat leidde ook in Brussel tot grote commotie, het aftreden van een minister en de zelfmoord van een oud-stafchef van de luchtmacht. Drie jaar later kostte het zelfs toenmalige NAVO-baas Willy Claes de kop.
Serge Dassault zit echter nog steeds hoog te paard, is burgemeester van een Parijse voorstad, viendje van Chirac en partijgenoot van Sarkozy die hij Nicolas mag noemen. Zijn zoon is parlementslid voor dezelfde club. De winkel (omzet € 3,3 miljard in 2006) is inmiddels fors uitgebreid en er wordt, behalve met vliegtuigen, dik geld verdient met ruimtevaart, wijn, elektrische auto's en multi-media projecten, waaronder dagblad Le Figaro en weekblad l'Express.
Niet toevallig de bladen waarin de president de afgelopen weken prominent mocht laten zien hoe hard hij werkt en welke mooie dingen hij allemaal heeft bedacht. Vrienden onder elkaar, nietwaar.
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage