4 juli 2009

Tour

Leonardo Da Vinci heeft zo ongeveer alles uitgevonden, dus ook de fiets. Zijn ontwerp is echter nooit verder gekomen dan een schets in zijn ontelbare aantekeningen. Daarom riepen de Fransen jarenlang dat een zekere graaf van Sivrac eind 18e eeuw, midden in de Revolutie, een célérifère had gebouwd. Een houten paard met twee vaste wielen, een loopfiets dus. In oude geschiedenisboekjes zie je nog plaatjes van deze oerfiets. Maar helaas, nader onderzoek wees uit dat het ding nooit bestaan heeft. Wellicht had Sivrac zijn revolutionaire idee bedacht om zijn nobele hachje te redden.

In de boekjes is de graaf inmiddels ingeruild voor een Duitse baron. Op 12 juli 1817 reed Karl Freiherr von Drais von Sauerbrun op zijn houten loopfiets 14,4 km in één uur. Hij schuurde en schaafde nog een tijdje door en een jaar later werd zijn Laufmachine op een salon in Parijs als draisienne ten doop gehouden. Maar in de tekst van het patent heette het tuig vélocipède (lopen met hoge snelheid).

Het duurde tot 1839 voordat smid Kirkpatrick MacMillan uit het Schotse Keir de pedalen introduceerde. Die bewoog je voor- en achteruit en met stangen werd de beweging overgebracht op het grotere achterwiel. Zo haalde je, met de voeten van de grond, een veel hogere snelheid.

Gelukkig waren het de Parijzenaars Pierre en Ernest Michaux die de Franse eer redden. Zij onwikkelden in 1861 de ronddraaiende pedalen aan het voorwiel. Tien jaar later bedacht de Brit James Starley dat pedalen aan een veel groter voorwiel nog sneller ging. Maar op- en af stijgen met een wiel van 3 meter werd een hele kunst. Eenmaal in beweging ging het gevaarlijk hard en moest vaak een ruiter vooruit om de weg vrij te maken.

Echte vooruitgang kwam van de Brit H.J. Lawson die de eerste ketting op zijn vélo monteerde. John Kemp Starley, neef van James, geldt echter als dé man van de moderne fiets. Zijn Rover Safety Bicycle uit 1884 staat zelfs model voor de peperdure karretjes in de Tour de France. Natuurlijk vonden de broertjes Michelin de afneembare band uit en is dérailleur niet voor niets een Frans woord, maar het echte werk aan de fiets-metamorfose gebeurde aan de andere kant van het Kanaal.

Desondanks is de Tour de France nog immer de belangrijkste wielerkoers, hoewel sinds mensenheugenis geen Fransman meer als eerste in Parijs arriveert. De Parijse correspondent van een Amerikaanse krant meldde deze week: "Parmi les certitudes de la vie, comme la mort ou les impôts, il y a celle-ci : aucun Français ne figurera sur le podium du Tour de France ou à proximité cette année".

*Met dank aan Musée du vélo moto, Château de Bosc aan de RN 100, 30390 Domazan

Labels: , ,

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage