6 oktober 2010

Zomerpaleis

Een jaar geleden meldde de Chinese pers dat experts in het buitenland gingen zoeken naar oude foto’s van het Yuanmingyuan-paleis in de hoofdstad Beijing, het oude Zomerpaleis van de Chinese keizers. Dit jaar komt ook Frankrijk aan de beurt. Geen wereldschokkend nieuwtje, ware het niet dat het paleis morgen precies 150 jaar geleden door Franse en Britse soldaten werd geplunderd en in brand gestoken. Dat gebeurde tijdens de Tweede Opiumoorlog (1856-1860), een actie van koloniaal Engeland en Frankrijk om China in het gareel te houden.

Het verwoesten van het hart van de Manchu-dynastie wordt zelfs in de huidige communistische maatschappij nog steeds ervaren als de grootste vernedering door westerse landen. Beijing herdenkt de dramatische gebeurtenis deze week, maar vertaalt verbittering niet in materiële zin. Herstelbetalingen doen er niet toe, wel het opsporen van het Chinese erfgoed. Desnoods alleen op foto’s. Want slechts ruïnes van paleis en omliggende parken resten

Volgens ruwe schatting moeten 1,5 miljoen antieke Chinese voorwerpen terug te vinden zijn in 2000 musea in 47 landen. In Frankrijk zou het bijvoorbeeld om Fontainebleau gaan. Hoeveel in particulier bezit is weet niemand, maar dat ook op Franse schoorsteenmantels oorlogsbuit moet staan is zeker.
Het doel van de zoektocht is uiteindelijk restauratie van het Zomerpaleis met behulp van authentieke foto’s. Zo heeft de Amerikaanse Duke University al archiefmateriaal beschikbaar gesteld.

Dat ook ten tijde van de plundering Franse schaamte niet uitbleef, bewijst een uitspraak van schrijver Victor Hugo. Hij zei te hopen voor zijn dood nog drie dingen te mogen beleven: de afschaffing van de doodstraf, de Europese eenheid en  de teruggave van de gestolen Manchu-schatten.
Tot zijn dood in 1885 heeft hij het niet meegemaakt.

Labels: , , , ,

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage