Oranje
Hoewel er verschillende versies bestaan van de oorspronkelijke eerste heer van Orange, zijn historici het er wel over eens dat hij Guillaume heette. Dat komt dus mooi uit voor de toekomstige koning Willem IV van Oranje-Nassau. Al is er geen enkele aanwijzing dat de huidige kroonprins ook maar in de verte familie zou zijn van Guillaume Cornet. Die maakt de meest betrouwbare aanspraak op de titel Comte d’Orange nadat keizer Charlemagne begin 9e eeuw het Romeinse stadje aan de Rhône (boven) tot graafschap had verheven en neefje Guillaume het liet bestieren. Overigens was deze Franse graaf een fervente moslimhater, dus is er in 12 eeuwen niet veel veranderd. Maar dat terzijde.
Het bezit van Orange, eeuwenlang ingeklemd in de pauselijke enclave Venaissin, ging in 1163 over naar de adelijke familie Baux, waarvan de macht zelfs nu nog afstraalt van de magistrale ruine van het kasteel in Baux-de-Provence. In 1181 kreeg het de status van prinsdom, maar door uitblijven van mannelijke nakomertjes ging de hele boel in 1388 over op de familie Chalon.
Prins Philibert de Chalon moest Orange in 1530 kinderloos overlaten aan zoon Reinier van zijn zuster Claude en haar echtgenoot Hendrik III van Nassau-Breda. Deze Reinier is in Nederlandse geschiedenisboekjes vrijwel onbekend omdat hij moeder beloofd had de naam René de Chalon te blijven gebruiken. Desondanks was hij (links) de eerste echte Prins van Oranje én stadhouder van Holland.
Van hem stamt de lijfspreuk Je Maintiendrai.
Pas in 1544, bij de dood van René, komt Oranje voluit onder Nederlandse vlag. Willem de Zwijger, Vader des Vaderlands, erft de titel en sindsdien zijn de nazaten (hoewel op enig moment via de vrouwelijke lijn) tot aan Willem Alexander oranje gekleurd.
Maar dan wel met een toefje Provence…
Labels: Baux-de-Provence, Je Maintiendrai, Orange, prinsdom, Reinier van Nassau, Willem Alexander