30 juni 2011

Nachtvaas

Normandië heeft z'n gat en op zich is dat niet zo bijzonder. Er zullen in elk departement ontelbare gaten liggen, maar die daar aan de Kanaalkust is wijd en zeker zijd bekend. In ieder geval bij de meeste Fransen. Geen gat is trouwens zo vaak nageaapt, maar ze halen het niet bij de enige echte. Dé Trou Normand is een klein glaasje calvados, gedistilleerd sap van Normandische appels op eiken gerijpt. Mag een bolletje appelsorbet in, maar puur is echter. Je drinkt het tussen twee gangen van een grande bouffe. Ook al zo'n prachtige naam om water van in de mond te krijgen. Een copieus treffen met andere liefhebbers is een uitstekende gelegenheid om het gat uit te proberen. Bedoeld om de eetlust weer een beetje aan te wakkeren en de maag op orde te houden. Wil je 't echt goed doen, pak dan een heel groot glas en laat dat de tafel rond gaan. A l'amitié!
Maar pas op voor namaak, zoals andere digestiefjes, met of zonder waterijs. Er zijn zelfs onverlaten die cocktails in de strijd gooien. Een truc normand.

Zeker in Normandië moet je maar geen vase de nuit bestellen. Je krijgt allicht een glimlach terug, maar geen gevuld glaasje. Toen de Britse veldmaarschalk Bernard Montgomery in juni 1944 een paar dagen na de eerste landingen ook in Normandië aankwam, was zijn speciaal ingerichte Leyland caravan hem vanuit Portsmouth al vooruit gegaan. In de tuin van Chateau de Creuilly (boven), zijn eerste hoofdkwartier even oost van Bayeux, stond het vehikel op hem te wachten. Compleet ingericht, dacht Monty. Maar één onontbeerlijk instrument bleek afwezig, een nachtspiegel. Opgezocht in het wel meegekomen Engels-Franse woordenboek bleek dit een pot de chambre te zijn. Doch de keurig opgevoede bevelhebber durfde kasteelvrouwe Madame de Druval niet om zo'n intiem hulpstuk te verzoeken. Maar zomaar achter een boom kon ook niet, zelfs niet in oorlogstijd.
Zijn adjudant wist raad. Hij vroeg aan Madame een bloemenvaas te leen. Nadat alle vazen uit het kasteel bekeken waren, moest de adjudant toegeven dat ze geen van allen deugden voor de bloemen van le maréchal. Had Madame misschien nog een ander type?
Begiftigd met sterke intuïtie en dito gevoel voor humor, haalde zij een kleine witte pispot tevoorschijn, versierd met rose bloemen.
Ze presenteerde het kleinood als vase de nuit, speciaal geschikt voor de bloemen van generaals.
Het verhaal wil dat Monty tot op hoge leeftijd in zijn huis in Hampshire de gebloemde nachtvaas naast de pantoffels onder het bed had staan.                       
                          Churchill, Monty en de adjudant voor de 'caravan' in Creuilly

Labels: , , ,

28 juni 2011

Castraatjes


Omringd door slapende vulkanen is het niet verwonderlijk dat Le Puy-en-Velay is uitgerust met niet minder dan drieënzestig Mariabeelden. Het heuvelachtige plaatsje in de Haut-Loire mag zich dan ook verheugen in een fors aantal jaarlijkse pelgrimages. Sinds donkere tijden een welkome inkomstenbron voor allerhande neringdoenden, kwakzalvers, wichelroedelopers, heksen, marskramers, tandentrekkers, handopleggers en prostituees. En alles onder het wakend oog van de dienstdoende pastoor, die meestal de andere kant opkeek wanneer in plaats van Maria een onchristelijke concurrent werd aangeroepen om ontlast te worden van kwellend ongemak.

In feite ging het bij al die bedevaarders niet eens zo zeer om het geloof zelf. Het waren vooral de beelden van  heiligen die voor de wonderen moesten zorgen.
Ook in Le Puy, waar sinds mensenheugenis een Zwarte Madonna goed was voor welke kwaal ook. Tot bleek dat  het ging om een heidens beeld van de reeds lang gepensioneerde Egyptische godin Isis, ooit door kruisvaarders meegebracht.
Eruit dus. Doch de nieuwe uitvoering heeft het nooit kunnen maken. Hoewel de gelijkenis met de heilige maagd door kenners hoog werd geschat, bleven de wonderen helaas uit. Dus is vandaag de dag de zwarte versie nog steeds in functie en wordt ook dit jaar op 15 augustus weer van stal gehaald.

Tegenwoordig is de kathedraal van Le Puy plus de 35 hectare er omheen door UNESCO voorzien van het etiket Werelderfgoed. Dat levert een boel aanloop, omdat de 20.000 inwoners nu een breder assortiment kunnen aanbieden dan alleen de tradition mariale.
Toch heeft juist die kathedraal tot eind 18e eeuw weinig christelijk omgesprongen met ‘geimporteerde’ koorknapen.
Op de terugweg van de bedevaart naar Santiago de Compostela werden gecastreerde Spaanse jongens door marskramers bij de bisschop afgeleverd onder aan de eindeloos steile trap  van het sombere godshuis (boven).

Ongetwijfeld voor een hooggestemd leven ter meerdere eer en glorie van… ja, van wie eigenlijk?

Labels: , , , , , ,

26 juni 2011

Rugslag

Na de Franse revolutie ontdekte de gloednieuwe republiek dat ergens in een achterzak alsnog een feodale puist was achterbleven. In het uiterste zuidoosten hield de van oorsprong Genuase adellijke familie Grimaldi al sinds eind 13e eeuw de rots van Monaco bezet.
Op 8 januari 1297 maakten Francesco Grimaldi en zijn Franse neef Rainier zich meester van deze buitenpost van de stadsstaat Genua, verkleed als Franciscaner monniken. Dit kunstje is nog steeds te zien in het wapen van het huidige prinsdom.

Jammer voor Francesco had hij geen nageslacht. Alle regerende prinsen van Monaco stammen dus af van neef Rainier, die in 1304 ook admiraal van de Franse vloot werd en nog een robbertje heeft gevochten in de Slag bij Zierikzee.
Op papier is Monaco een onafhankelijke staat sinds de Franse koning Louis XII in 1512 daarvoor zijn handtekening zette. In de praktijk is het een soort inwoning gebleken, wel met eigen opgang en toilet.
Het prinsdom is de laatste decennia vooral bekend om zijn casino, de Formule 1-race langs de haven, de autorally en de talloze beroemdheden die er voor goud geld een belastingvrij optrekje hebben, van wielrenner Tom Boonen tot modekeizer Karl Lagerfeld.

De prinsen van Grimaldi hebben door de eeuwen heen een goede neus gehad voor de moeders van hun opvolgers. Vaak waren de uitverkoren dames beroemder dan hun steenrijke partner, van Pomeline Frégoso die in de 14e eeuw zelf de boel regelde omdat manlief gevangen zat na bonje met boze Milanezen, tot de Amerikaanse filmdiva Grace Kelly, moeder van de huidige prins.

Op 1 juli trouwt deze 29e prins van Monaco, de 53-jarige Albert II Alexandre Louis Pierre Grimaldi, met de Zuid-Afrikaanse rugslag-zwemster Charlene Wittstock.
Dat de prins het klappen van de zweep kent, is duidelijk. Hij heeft al een meisje verwekt bij een Amerikaanse serveerster en een jongen bij een stewardess uit Togo.

Charlene heeft in ieder geval bewezen dat zij wat mans is op haar rug...

Labels: , , , ,

24 juni 2011

Groene fee

Kunstschilders, dichters, schrijvers en alcoholisten kunnen hun hart weer ophalen, want na 96 jaar mag ’t weer. Op 16 maart 1915, midden in de Grande Guerre, verbood de Franse regering de productie en verkoop van absint. De ongemeen sterke drank (tot wel 70%) op basis van anijs, absint-alsem, venkel en nog wat duistere kruiden had voor genoeg ellende gezorgd, dacht Parijs. Absint was op dat moment met 90% marktleider sterke drank. Een slordige 40 miljoen liter per jaar.
Massaal alcoholmisbruik zorgde eind 19e eeuw voor talloze, vaak gewelddadige en zelfs dodelijke familiedrama’s. Daarbij kreeg vooral het anijsdrankje de schuld. Het zou hallucinerend zijn en voor hersenbeschadiging zorgen, wat tot nu toe nooit afdoende wetenschappelijk is bewezen. Wel dat er destijds illegaal kopersulfaat aan werd toegevoegd, voor een mooiere kleur.

Henri-Louis Pernod maakte het eerste groene drankje in 1805. Hij had het recept gekocht van de Franse arts Pierre Ordinaire, die te paard zijn wondermiddelen in de Zwitserse Jura aan de man bracht. Het werd vooral populair onder kunstenaars, die het als Fée Verte een belangrijke bron van inspiratie noemden. Vincent van Gogh zou er zijn gele periode aan over houden en Ernest Hemingway moet For whom the bell tolls onder invloed geschreven hebben. Andere beroemdheden als Charles Baudelaire, Guy de Maupassant, Édouard Manet, Oscar Wilde en Paul Verlaine konden ook niet van de absint afblijven.

Na het verbod gingen de grote producenten over op de mildere anis (Pernod) en pastis (Ricard). Pas in 1988 mocht de oude methode weer gebruikt worden, echter zonder de beladen naam absint. Volgens origineel recept, maar met het etiket liqueur aux plantes d’absinthe. Wijzer geworden mag het nu weer gewoon absinthe heten.

Doe 't net als de kenners, volgens dit ruim 100 jaar oude ritueel met een suikerklontje. Misschien krijg je met een beetje geluk ook artistieke inspiratie. Wanneer je dan morgen wakker wordt met een knallende kater  plus vrolijk vers, briljant boek of nog druipend doek, heeft 't gewerkt.
Santé!

Meer absint op http://www.museeabsinthe.com/

Labels: , , , , , , ,

22 juni 2011

Welkom

Ook zonder kalender weet je in het zuiden van Frankrijk wanneer de stroom Nederlanders weer op gang begint te komen. Niet alleen door de leasebakken die op de autoroute met verboden snelheid de linkerbaan onveilig maken. Of de vakantieganger die, net als thuis, slechts vaart mindert bij een stopbord en daarmee kans loopt op een forse boete. De gendarmerie spijkert daarmee in de zomermaanden aardig haar budget bij.

Ze vallen vooral op in de supermarché. Door hun lelieblanke huid, het radeloos zoeken naar vertrouwd voedsel, verbijstering over de hoge prijzen, mannen met sokken in hun sandalen, verveelde kids die liever op de camping waren gebleven. En vooral door hun lengte. De gemiddelde kaaskop steekt ver uit boven de zuidelijke types, waarvan de vrouwen vaak niet hoger ogen dan een metertje vijftig.

Het consumptiegedrag van landgenoten. Een feest om te observeren. Hoe met forse walging kennis wordt genomen van groen uitgeslagen geitenkaas. De verbijsterde blikken op méditerrane vissen die met open bek terug kijken tussen vervaarlijke zeesterren, gigantische slakken en ander diepzee ongerief. Alle emoties daarbij worden luid en duidelijk gecommuniceerd, want die Fransen verstaan je toch niet.

Maar ook wanneer er geen Ollander in de buurt lijkt, weet je hoe laat het is. Kijk maar hoe de schappen van de vershoek beginnen uit te puilen met flessen halfvolle melk en Fromage de Gouda. Potjes pindakaas, sambal oelek, blikken nassi goreng en natuurlijk de enige echte stroopwafel, eveneens uit Gouda.
Ook de Franse grootgrutter weet waar extra omzet te halen.

Tijd voor zelfreflectie. Dan zie je plots jezelf terug, nog niet zo lang geleden, waarschijnlijk net zo zichtbaar hoorbaar. Nog niet bewust dat je ook zo opvallend was...

Bienvenue La Hollande!

Labels: , , , , ,

20 juni 2011

Roetzak


In de 19e eeuw waren ook in Nederland petits savoyards een bekende verschijning op straat. Kleine Franse jongetjes, die voor een paar cent de schoorsteen kwamen vegen. Een bezienswaardigheid, in die tijd zelfs goed voor een prentbriefkaart. Maar de welvarende Hollandse huizenbezitters zullen nauwelijks weet hebben gehad van de ellende die deze kinderen moesten doormaken, ver van huis en ouders.

In de zomermaanden ronselden oudere schoorsteenvegers in het departement Savoie kinderen vanaf zes jaar voor een faria, een ploeg van drie tot zes jongetjes. Op 7 september, feestdag van Saint Gras (patroonheilige van de vegers), vertrokken ze met hun baas te voet naar de grote steden, ook in België en Nederland.

De ploegbaas zorgde onderweg voor kleren, schoenen, onderdak en voeding, maar bezuinigde daar fors op. Het kwam voor dat kinderen blootvoets moesten lopen om slijtage aan schoenen te voorkomen.
Soms wel 15 uur per dag moesten de ramoneurs roet uit schouwen krabben. Vaak met longproblemen als gevolg, sommigen werden blind. En de roetzak was ’s nachts veelal de enige bedekking tegen de winterkou. Viel er niks te vegen, dan moesten ze bedelen, muziek maken of optreden met een gedresseerde bergmarmot. In mei, na een lange terugtocht, zagen de ouders hun kroost weer en ontvingen als beloning de waarde van een half kalf.

Na berichten in Franse kranten over langs de weg achtergelaten jongens, werd uiteindelijk in 1892 deze kinderarbeid verboden. Maar het ging illegaal nog door, tot het uitbreken van Wereldoorlog I in 1914 er een einde aan maakte.











Zo had ook dit nadeel toch nog een voordeel…

met dank aan Frits Schetsken en Johan Cruyff

Labels: , , , , ,

18 juni 2011

1815

Op 18 juni 1815, vandaag 196 jaar geleden, werden 25.000 Franse mannen gedood en gewond even ten zuiden van Brussel. Toen die berichten hem bereikten, besloot Napoleon het slagveld van Waterloo maar te verlaten. Vier dagen later gaf hij de Franse kroon aan zoon Napoleon II, in de waan dat er nog een keizerrijk bestond. Hij tekende zijn vertrek in het Parijse Elysee, huidig onderkomen van Nicolas I.

De vergeten nazaat van le petit caporal heeft er weinig plezier aan beleefd. Terwijl vader (rechts) een week of wat later dacht via Rochefort naar Amerika te kunnen reizen (hij werd in plaats daarvan door de Engelsen naar Saint-Helena gevaren en kwam er nooit meer vandaan), werd de pas vierjarige prins Napoléon François Charles Joseph Bonaparte op 7 juli door het Franse parlement al van zijn troon gestoten. Een dag later schoof de familie Bourbon-Capet weer op het pluche en deed Louis XVIII alsof er in de Cent Jours van de grote keizer niets was veranderd.

De tragische kleine Bonaparte zat intussen in Wenen, in de steek gelaten door mama Marie-Louise, dochter van de Oostenrijkse keizer Franz I von Habsburg. Zij koos ervoor om haar titel van hertogin van Parma in te vullen en  was derwaarts getrokken. Grootvader, zijn hele leven in oorlog met Frankrijk, noemde zijn kleinzoon voortaan dus Franz, gaf hem een feesttitel als hertog van Reichstadt en hield hem verder gevangen op Schloss Schönbrun in Wenen. Achtervolgd door de mare dat hij slechts een bastaard was (de Paus had de scheiding van zijn vader met Joséphine de Beauharnais nooit goedgekeurd) leidde hij er een droef bestaan.

Even maakte hij nog kans op het koningschap in België of Polen, maar de naam Napoleon bleek voor de oude vijanden van papa toch te beladen. Napoleon II overleed aan tuberculose, 22 jaar oud. Vlak daarvoor werd zijn belangrijkste uitspraak opgetekend: ‘Ma naissance et ma mort, voilà toute mon histoire. Entre mon berceau et ma tombe, il y a un grand zéro’.



Zelfs lang na zijn dood bleef niets hem bespaard. Op 15 december 1940 werden zijn resten bijgezet in de Parijse Invalides, naast die van zijn vader.

Opdrachtgever was Adolf Hitler…

Labels: , , , ,

16 juni 2011

Baguette 2

Eigenaardig toch, dat een product waarvoor je anno nu nog in de rij gaat staan en dat dagelijks door vrijwel elke Franse hand wordt beroerd, geen duidelijke afkomst heeft. Die simpele rol deeg van 250 gram, met een een paar snel gezette inkepingen om de korst niet te laten barsten, moet het zonder geboortejaar doen. Er zelfs zonder bedenker! In een land waar elke straathoek wel een historie heeft voorwaar een miracle.

Natuurlijk hebben de fans van Napoleon hun eigen gelijk. De kleine korporaal zou het traditioneel ronde brood voor zijn manschappen als stok hebben laten bakken. Zodat ze tijdens het marcheren hun dagelijkse kuch gestrekt in de uniformbroek konden meedragen. Daarvoor was zelfs een speciale zak in de culotte genaaid, zeggen de Napoleonistes. Of dat rechts- of linksdragend was, vertelt het verhaal niet.

Een versie met een socialistisch trekje blijkt inmiddels ook onbewezen. Die hield in dat rond 1920 bakkers niet meer vóór 4 uur mochten werken, zodat de tijd om een flink rond brood te laten rijzen te kort werd. Met een lang dunner brood lukte dat wel.






Krakend vers
was begin jaren negentig het bericht dat de baguette tradition van een


clubje ambitieuze ambachtelijke broodbakkers al in 1830 bestond.
Net als de baguette zelf bleek ook dat nieuws slechts beperkt houdbaar. Toch gaf de regering van Edouard Balladur in 1993 die kleine bakkertjes toestemming het etiket tradition aan hun lange brood te hangen. Een gedurfde reactie op de dagelijkse diarree aan smakeloze fabrieksbroden uit de supermarkt.

Dat juist Balladur viel voor Franse traditie is trouwens opmerkelijk, want hij stamt uit een oude Armeense  familie en werd zelf in Turkije geboren...

Labels: , ,

Baguette 1

Een echte Franse warme bakker (niet een boulanger chaud…) is stilaan een uitstervende soort. Steeds minder jongeren voelen zich aangetrokken door een leven van ’s ochtends vijf tot ‘s avonds pakweg half acht, omringd door loeiende ovens en bloembestoven werkbanken. Plus het risico van lui zaad door de hitte op scrotumhoogte.

In de kleine dorpen is de geur van versgebakken baguette al verdwenen. En als er nog een oude boulanger wordt ontdekt, dan bakt ie zelden twee keer per dag. De beurt is aan grote ketens. Waar je behalve de vertrouwde ficelle of croissant ook allerhande zoeternijen, pizza’s en steeds vaker ook een espresso kunt scoren. De hele dag door vers. Zelfs tussen de middag, wanneer die oude boulanger eventjes op één oor gaat voordat om vijf uur de boel weer open moet. Want aan een Franse tafel moet ook ’s avonds weer vers knapperig brood voorhanden zijn.

Brood bestaat al tienduizenden jaren, sinds onze prehistorische voorzaten wortels van planten tot meel omtoverden en er op een hete steen een soort pannekoek van boetseerden. Maar smakelijk werd ’t pas toen ergens in het Midden-Oosten iemand verwonderd naar een deegje staarde dat plots begon te rijzen. Gist was geboren en postuum mogen we deze grote onbekende de allereerste bakker noemen. Zo’n duizend jaar voordat Mozes zijn hachelijke tochtje door de Rode Zee in de recordboeken liet optekenen.

Labels: , , , ,

14 juni 2011

Nieuwe vijand

De Franse hermandad gaat de strijd tegen snelheidsmaniakken danig opvoeren. Zo verdwijnen binnenkort waarschuwingsborden voor een flitspaal, zodat je geheel onverwacht toch op de foto gaat. Er komen bovendien enkele honderden van die palen bij en op de autoroute meer trajectcontroles.

Het wordt er dus niet vrolijker op. De automobilist als melkkoe voor de staatskas, want in de meeste gevallen gaat het natuurlijk om betrekkelijk geringe snelheidsovertredingen. Waarvoor je bovendien ook nog via het puntensysteem kans loopt om je rijbewijs kwijt te raken.
Fransen zijn het beu en dus is er, geheel volgens traditie, breed verzet. Tot in het parlement toe, zelfs van afgevaardigden in de regeringsbanken. Eén van de argumenten is de verkeersveiligheid, hoe gek het ook klinkt. Voortdurend letten op je snelheidsmeter blijkt vermoeiend en gevaarlijk, want leidt af van de concentratie op het verkeer.

Behalve de aloude Franse gewoonte om te waarschuwen met je licht bij controles, is er ook een legaal middel om gendarmes te slim af te zijn. Dat is een systeem met een GPS-chip die je waarschuwt voor permanente en tijdelijke controles. Populair is het kastje van Wikango Max.
Maar deze zomer wordt de strijd verhevigd en verschijnen er ook auto’s en motoren (rechts) op de wegen met vrijwel onzichtbaar ingebouwde camera. Niet te zien op de database van je GPS en dus een nieuwe vijand.
Voor de meest gebruikte tijdelijke en alle vaste controles kun je ook terecht op http://www.radars-mobiles.fr/

Ooit was het een stuk rustiger op de weg. In 1765 moest je met eigen koets of per openbare diligence van Parijs naar Marseille 12 dagen uittrekken. En nergens flitspalen of veldwachters met laserstralen. Maar de meeste tijd verdeed je in de halteplaatsen voor de overnachting. Want 's nachts werd er niet gereden. Dan was de Grand Chemin voor struikrovers en rondtrekkende bendes.


Zo kent elke tijd z’n eigen sores…

Labels: , , , ,

12 juni 2011

Goud

Leonardo Da Vinci noemde het 'vloeibaar metaal', de vroege Egyptenaren zagen er de zon op aarde in. Door de hele geschiedenis heeft goud een legendarische betekenis gehad, zeker in de Griekse mythologie. Die leverde overigens een boel treurige verhalen op. Zo ging het hele geslacht van prins Paris ten onder door zijn gestuntel met een gouden appel. Koning Midas was bepaald onhandig door te wensen dat alles wat hij aan zou raken in goud veranderde, met als gevolg dat hij niet meer kon eten of drinken. Zelfs zijn dochtertje stond na de ochtendkus stijf van het goud (boven). En wie kent niet de enerverende jacht van Jason en zijn Argonauten op het Gulden Vlies? Ook slecht afgelopen, verpletterd toen het dek van zijn schip instortte.
Veel ellende, maar het heeft weinig geholpen. Noch immer is de jacht op goud de hobby bij uitstek voor de hogere salarisgroepen.

Parijs kende in de middeleeuwen een concentratie van orfèvres op het Ile de la Cité en bij de Pont au Change waar ook goudwisselaars zich ophielden. Louis VII maakte in 1141 de toen enige overspanning van de Seine beroemd door zijn besluit dat alle goudhandel daar moest plaatsvinden. In oktober 1621 fikte het geval af en pas 26 jaar later was de opvolger klaar. Ditmaal op verzoek van de handelaars volgebouwd met hun huizen (onder). In de 19e eeuw is het gevaarte afgebroken, omdat de verbinding niet meer aansloot op het nieuwe Parijse stratenplan.
In de Rue des Orfèvres bevindt zich het in 1260 opgerichte hoofdkwartier van de goudsmeden, vlakbij de kapel van Saint Eloi, hun patroonheilige. Goudsmid was toen al een beroep dat van vader op zoon overging. Zoons mochten pas zelf handelen wanneer ze een meesterstuk hadden gemaakt, een chef-d'oevre. Tot eind 18e eeuw mochten ze dan bij openbare gelegenheden net als papa ook een degen dragen als teken van hun bijzondere status. De Révolution heeft veel mooie dingen een kopje kleiner gemaakt.

Kerken waren vanouds de beste klanten van de goudkunstenaars. Bisschoppen en hun schatbewaarders wisten uitstekend de geldstromen te reguleren. Soms zie je daarvan nog indrukwekkende voorbeelden die zijn ontkomen aan langstrekkend oorlogsgeweld of protestantse ontheiliging. Bijvoorbeeld in het zuidelijk departement Aveyron, in de Abbatiale van Conques. Prachtig dorpje, even noord van Rodez aan de route naar Saint-Jacques de Compostelle.
De indrukwekkende abdij, door UNESCO bevorderd tot werelderfgoed, bezit kostbare gouden en zilveren schatten, waaronder het beroemde statue-reliquaire van Sainte-Foy.
De edelsmid die het gemaakt heeft leefde waarschijnlijk in de laat-Romeinse periode, omstreeks de vijfde eeuw .
Onvoorstelbaar rijk uitgevoerd voor zo' n oud kunstwerk. Een bezoek meer dan waard, maar een virtuele tour kan ook.

Labels: , , ,

10 juni 2011

Bourgogne

Halverwege Nederland en de Méditerranée doorkruis je de geschiedenis, wanneer je tenminste de doodsaaie autoroute durft te mijden. Ooit vluchtplek van de Germaanse stam Burgundii, die rond de vierde eeuw tijdens de grote volksverhuizing neerstreek in het dal van Saône en Rhône en er een koninkrijkje vestigde. In 534  wordt hun gebied onder de voet gelopen door concurrerende Franken en in 880 verdelen de kleinzoons van Karel de Grote (Charlemagne) de erfenis van opa en zijn de nazaten van de eerste Germanen plotseling onderdanen van de hertog van Bourgogne.

Rond Dijon, met het prachtige Palais des Ducs de Bourgogne (boven), breiden de hertogen hun macht geleidelijk naar het noorden uit, vaak tegen de zin van de Franse koningen. Zelfs de Nederlandse gewesten Holland en Zeeland worden vanaf 1433 bestuurd door de Bourgondische hertog Philippe Le Bon (Filips de Goede) vanuit zijn onderkomen in Brussel. Zijn zoon Charles Le Téméraire (Karel de Stoute) sneuvelt in 1477 tijdens zijn verzet tegen de Louis XI. Het betekent tegelijk het einde van het zelfstandige hertogdom.

De naam Bourgogne is nu vooral wereldberoemd door de grote wijnen. De oudste bewaard gebleven loftuiting daarover staat in Histoire des Francs uit 591 van Gregoire de Tours. Hij roemt daarin vooral de wijnstreek rond Dijon en riep op om die stad maar tot bisschopszetel te verheffen. De oude prelaten hielden wel van een slokje.

Toch is Beaune uiteindelijk de echte wijnhoofdstad geworden. Elke derde zondag in november wordt daar de beroemde veiling gehouden van Hospice de Beaune, een belangrijke indicatie voor kwaliteit en prijs van de nieuwe oogst. Ook de voormalige hertogen wisten Beaune te vinden en bouwden er een klein paleisje. Tegenwoordig niet meer bewoond door nobele heren, wel het adres van het Musée du vin de Bourgogne.

En mocht je een nachtje willen blijven: Auberge Bourguignonne op Place Madeleine. Klassieke gerechten met even klassieke obers. En natuurlijke de mooiste wijnen!

Vaut le voyage, zou Michelin zeggen.

Labels: , , , ,

9 juni 2011

Vurig

In de 25 jaar als politicus, premier en president heeft Jacques Chirac veel voer geleverd aan het journaille. Waren het niet verdachtmakingen over corruptie en vriendjespolitiek, dan liep het wel weer uit de hand met zijn ongebreideld seksleven. Echtgenote Bernadette (de koningin van het knarsetanden) moest tientallen jaren de nachtritjes  met chauffeur van haar man verduren. In die tijd kreeg hij als bijnaam: ‘Cinq minutes, douche comprise’. In de nacht dat prinses Diana stierf, was echtgenoot niet te traceren en moest ze het zijn chauffeur vragen. Chirac, wiens favoriete toast was: ‘op al onze vrouwen en paarden en op ieder die hen berijdt’, haalde er de schouders over op.


De vurige Corrézien is na zijn terugtreden in 2007 eigenlijk nooit uit het nieuws geweest. Al snel werd een gerechtelijk onderzoek gestart wegens gesjoemel in de tijd dat hij burgemeester van Parijs was. Medewerkers, onder wie ex-premier Alain Juppé, zijn al veroordeeld omdat ze vriendjes van Chirac betaalden voor fictieve banen of voor zaakjes rond illegale afspraken met bouwbedrijven. Frankrijk wacht in spanning wat er verder nog tevoorschijn komt.


Was het soms even rustig, dan opende de oud-president wel ergens een tentoonstelling van chrysanten of vertoonde zich op plekken waar toevallig veel camera’s aanwezig waren. Binnenkort verschijnt het tweede deel van zijn memoires en siert hij weer alle voorpagina’s. Enkele passages zijn al bekend, waarin hij vooral uit de heup schiet op opvolger Sarkozy. Een jaar voor de nieuwe verkiezingen is hij niet mals over zijn vroegere minister van binnenlandse zaken, die hij neerzet als onbetrouwbaar.‘Hij is prikkelbaar, onbezonnen, overmoedig en kent geen twijfel, vooral niet over zichzelf’, schrijft Chirac over zijn partijgenoot. De dolksteek volgt, wanneer hij de socialistische presidentskandidaat François Hollande een 'echte staatsman' noemt. 


Een volle ruif voor journalisten.


... Chirac en Sarkozy in betere tijden ...

Labels: , , , , ,

8 juni 2011

Koppel

Wanneer je thuis gelukkig wil zijn, trouw dan met een meisje uit je dorp. Een oud Frans gezegde, dat bovendien nog mooi rijmt ook: Si tu veux être heureux en ménage, épouse une fille de ton village. Of daar liefde aan te pas kwam deed er eigenlijk niet toe.

Het huwelijk in Frankrijk had tot voor kort weinig te maken met amoreuze toestanden. In hogere kringen werden door een juridisch contract familiebelangen en erfgoed veilig gesteld. Maar ook de lagere standen sloten vaak een economische overeenkomst tussen twee families. Niet zelden was een koe of bunder grond belangrijker dan de eventuele hartkloppingen tijdens de trouwpartij. Zeker in de campagne, waaruit Frankrijk voor het grootste deel bestaat, ging het beschermen van de tradities van een dorpsgemeenschap ver boven vlinders in je buik.

Ridders uit de 12e eeuw deden niet anders. Hun half-religieuze hoofse liefde was voor buiten de kasteelpoort en met de dame in kwestie werd niet getrouwd. Want liefde en huwelijk vormden zelden een harmonieus koppel. Zelfs de Franse Revolutie bracht geen kentering. In het geprogrammeerde huwelijk bleef vooral de bruid tot begin vorige eeuw afhankelijk van keuzes van wederzijdse ouders.

Tegenwoordig lijkt liefde wel de hoeksteen van het huwelijk. Althans, dat willen glossies, films en datingprogramma’s ons doen geloven.
Maar de laatste tien jaar is het aantal Franse scheidingen met 40% gestegen en éénderde van de huwelijken strandt.

Niet voor niets is divorcefrance.fr één van de populairste sites op internet.

Labels: , , ,

6 juni 2011

Godendrank

Ook Franse monniken hebben zich door de eeuwen heen onledig gehouden met het produceren van alcoholische versnaperingen. Niet zoals in Vlaanderen en Wallonië met schuimend gerstenat. Ook niet met jenever, waarvan de Ieren zeggen dat hun heilige Saint Patrick letterlijk de geestelijke vader was. De Leidse apotheker Franciscus de le Boë Sylvius zou het recept van de oerborrel uit Ierland hebben meegenomen, maar staat wel voor eeuwig te boek als de uitvinder van het pikketanissie.

Likeuren in alle soorten en smaken waren en zijn de specialiteit van Franse kloosters. Zonder twijfel met de Chartreuse van de Kartuizer monniken als gerenommeerd koploper. De oorsprong van deze godendrank moet ergens in donkere tijden liggen. In de kronieken staat dat staatsman/kardinaal De Richelieu in 1611 per brief de abt van het Parijse Chartreuse-klooster bedankt voor een elixer dat hem van een ‘lastige ziekte’ afhielp.

Pas in 1737 wordt het geheim van het drankje achterhaald door broeder Jérôme Maubec, apotheker van het onwaarschijnlijk fraai gelegen Grande-Chartreuse bij Grenoble (boven). Kort daarna  worden de eerste flessen Elixir Végétal de la Grande-Chartreuse door broeder Charles per muilezel naar Grenoble en aan de man gebracht.
Je zou verwachten dat daar een feestelijke proeverij in de refter aan vooraf is gegaan. Vergeet 't maar. Kartuizers zijn namelijk streng en sober levende monniken, doen een klein deel van hun dagprogramma samen en blijven de rest van de tijd in hun kluis. Ze spreken alleen met elkaar, en dan nog alleen op een wekelijkse wandeling en op feestdagen.

Ondanks de Revolutie, het bewind van Napoleon, tijdelijke uitwijzing van de orde naar Spanje en de verwoesting van het klooster door een aardverschuiving in 1935 heeft het Elixer de stormen doorstaan.

De productie van een uitgebreide sortering likeuren vindt nu plaats in Voiron, vlakbij Grenoble. Onder het personeel slechts twee monniken, die het geheime recept bewaken.

Bij wijze van uitzondering heeft de huidige abt hen toegestaan ook met anderen te praten. Maar om vijf uur weer terug naar klooster en kluis...

Labels: , , , ,

5 juni 2011

Lijntje

Rumoerige nachten in het zuiden. Boze buien, veel water en nog meer donder. De hamer van Thor zorgt voor consternatie. Contact met alles afgesloten. E-mail buiten bereik, internet interdood, de blog achter een muur zo groot als de Chinese. Dus plots zonder lijntje met de buitenwereld. En daar bovenop de trouwe virus-scanner die beweert twee hoogst gevaarlijke wormen in de zachte waar te hebben waargenomen.

Hoe ging dat ooit zonder het world-wide-web? Nog maar een jaar of tien/vijftien geleden leefde je www-loos, ging op tijd naar bed, las een boek (misschien vergeten: een stapel genummerde printjes..) en voor porno sloop je naar de sigarenboer. Je was blij verrast wanneer het warme lijf van de postbode het levende bewijs was dat er iemand aan je dacht.

De pré-historie van internet ligt al weer ruim 45 jaar achter ons. Begin 60'er jaren ontstaat het idee in het brein van een paar slimme jongens aan het Amerikaanse Massachusetts Institute of Technology MIT. Knoop alle computers in de wereld (toen nog hele grote bakbeesten) aan elkaar en je kunt informatie delen. Het is midden in de Koude Oorlog. Generaals in Washington betalen de MIT-bedenkers een vorstelijk salaris om het plan verder uit te voeren. In 1965 lukt het één van de wizkids om voor 't eerst twee computers per telefoon met elkaar te verbinden.

De echte geestelijk vader van internet is Leonard Kleinrock. Hij is van het MIT als professor verhuisd naar de University of California. Samen met wat studenten lukt het hem op 29 november 1969 om vanuit Los Angeles in te loggen op een computer van Stanford University. 6 dagen later worden ook universiteiten in Utah en Santa Barbara gekoppeld. Vier machines communiceren met elkaar. De studenten zijn zich niet bewust van de impact die de allereerste internet-verbinding zal hebben op communicatie zoals die voor ons in 2011 vanzelfsprekend is.

De eerste tekens op het ww-web vormen met recht een historische mijlpaal. Ze beginnen met het typen van het woord  login.
Het volgende gesprek vindt dan volgens Kleinrock plaats via de telefoon:
'Do you see the L?'
' Yes, we see the L.'
Then we sent the O and asked:
' Do you see the O? '
'Yes, we see the O. ' was the answer.
Then we typed the G and the system crashed!


Net als gisteren: een orage velde Orange...

Labels: , , , ,

4 juni 2011

Visafval

100 miljoen jaar heeft het geduurd voordat in Roussillon (Vaucluse) iemand op het idee kwam met het geel-rode goedje iets te ondernemen. De dorpelingen hadden eeuwenlang de oker in en om hun stulpje als vanzelfsprekend ervaren, er de muren mee gekleurd en verder hun leven geleefd. Pas in de 18e eeuw, toen de grauwsluier van de Franse culotte en jak verdween, schudde het dorpje  wakker. De ijzerhoudende klei met de opvallende kleur bleek bij uitstek geschikt om textiel te verven. Binnen de kortste keren werd de wijde omgeving omgewoeld door okermijnen en kwamen de Roussillonais in betere doen.

100 miljoen jaar geleden was het ter plekke nog zeebodem. 

Vol schaal-en schelpdieren, zeeëgels en meer van dat soort gedierte dat tegenwoordig de menukaart van een visrestaurant siert. De restanten van deze lekkernijen hebben, na wat vulkaanuitbarstingen, klimaatveranderingen en meer natuurlijk ongerief, uiteindelijk de beroemde oker opgeleverd. Het pigment, geliefd bij kunstschilders en stucadoors, heeft Roussillon zelfs aan een okermuseum geholpen.

En er is goed geld mee verdiend. Aan het dorpje valt de economische voorspoed goed af te zien, hoewel er vandaag-de-dag alleen nog wat toeristische oker wordt gewonnen. Voor een flesje of potje trekken de hordes bezoekers grif hun creditcard, de eet- en slaaphuizen doen goede zaken.
 


Wees dus zuinig op de leeggeslobberde oesters, palourdes, mosselen en ander visafval, je verre nazaten kunnen er misschien ooit goeie sier mee maken. 

Labels: , , , ,